|
In 1955 werden in Tsjechoslowakije Duitse Herders met wolven uit de
Karpaten gekruist. In 1965 werd een project voor het fokken van dit
nieuwe ras voorgesteld, met de bedoeling de beste eigenschappen van
hond en wolf te combineren. In 1982 werd de Tsjechoslowaakse
Wolfshond door de Tsjechische Fokkersverenigingen erkend. In 1994
volgde de erkenning door de FCI.
Type hond
Herdershonden
Land van herkomst
Tsjechoslowakije
Oorspronkelijke naam
Ceskoslovensky Vlcak
Andere naam
Tsjechoslowaakse Wolfshond
Karakter
Deze temperamentvolle en zeer actieve hond heeft een groot
uithoudingsvermogen en reageert snel. Hij is onverschrokken en
moedig. Hij is buitengewoon trouw aan zijn baas, maar gereserveerd
en wantrouwend tegenover vreemden (in het bijzonder tegenover
mannen). Zijn reukvermogen is veel beter dan dat van de meeste
andere honden. Door zijn ontzagwekkende uitstraling is hij geschikt
als waakhond en verdedigingshond.
Verzorging
Deze hond is alleen geschikt voor mensen die het gedrag van dieren
heel goed begrijpen.
Gebruik
Waakhond en verdedigingshond.
|
|
Hoofd
De vorm van een stompe kegel. Gewelfd voorhoofd. Matige stop.
Rechte neusrug. Ovale neusspiegel.
Ogen
Smal, schuinstaand, amberkleurig.
Oren
Rechtop, smal, driehoekig, kort.
Lichaam
Robuust. Rechthoekige bouw. Droge, goed gespierde hals. Brede
borst. Rechte rug. Lendenstreek kort en goed gespierd. Korte, licht
hellende croupe.
Ledematen
Voorbenen stevig en droog. Krachtige achterbenen. Voorvoeten zijn
groot en staan iets naar buiten.
Staart
Hoog aangezet. In rust recht omlaag hangend. In actie als een
sikkel gedragen.
Vacht
Recht, vlak tegen het lichaam liggend (stokhaar). Dichte ondervacht
in de winter.
Kleur
Geelachtig grijs tot zilvergrijs met een karakteristiek licht
masker. Lichtere haren ook aan de basis van de hals en op de borst.
Een donkergrijs masker is toegestaan.
Schofthoogte
Reuen: ten minste 65 cm. Teven: ten minste 60 cm.
Borstomvang
Gewicht
Reuen: ten minste 26 kg. Teven: ten minste 20 kg.
|
|
|