|
|
|
Groep
|
Spitsen en oertypes
|
FCI
|
49
|
Sectie
|
2
|
De Finse Spits werd waarschijnlijk door Aziatische nomadenstammen
naar Finland gebracht, en hij is waarschijnlijk verwant aan de
Russische Laika. Vroeger werd de Finse Spits door de Lappen
gebruikt om eland en beer op te sporen. Tegenwoordig wordt het ras
gebruikt om op vogels zoals de korhoen te jagen. De eerste
standaard werd geschreven in 1892 en het ras werd in 1935 door de
Kennel Club erkend.
Type hond
Arctische Jachthonden
Land van herkomst
Finland
Oorspronkelijke naam
Suomenpystykorva, ("hond met de puntige oren")
Andere naam
Finse Spets. Finse, Vogelhond. Finse Spits
Karakter
Deze levendige, moedige en blije hond is zeer geliefd als
gezelschapshond. Zijn jacht-instinct wordt gebruikt om groepen
vogels te vinden. Het ras is zeer expressief en uit zich met een
breed scala aan geluiden, waaronder "jodelen". Zijn argwaan ten
opzichte van vreemden maakt hem tot een uitstekende waakhond. Deze
gevoelige hond vereist een consequente maar toch zachtaardige
opvoeding.
Verzorging
De Finse Spits kan zich makkelijk aan een huiselijk leven
aanpassen. Tenminste als hij maar veel beweging buiten krijg en
niet voor langere perioden alleen wordt gelaten. Dit ras is heel
verzorgd. Dagelijks bor-stelen is nodig, maar professioneel laten
trimmen niet.
Gebruik
Jachthond. Waakhond. Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Middelgroot, droog, vos-achtig. Licht gewelfd voor-hoofd.
Uitgesproken stop. Strakke, dunne lippen.
Ogen
Middelgroot en amandelvormig. Donker van kleur.
Oren
Middelgroot, rechtop gedragen. Uiteinden puntig. Met fijne haren
bedekt. Erg beweeglijk.
Lichaam
Bijna vierkant. Diepe borstkas. Buiklijn licht opgetrokken. Sterke,
rechte rug.
Ledematen
Ronde voeten. Sterke benen.
Staart
Stijf naar voren omlaag gekruld, tegen de dij aan gedragen.
Vacht
Kort op de kop en de voorkant van de benen. Langer en recht op het
lichaam, achterkant van de benen en staart. Veel langer op de
schouders, vooral bij de reu. Korte, zachte, dichte, lichter
gekleurde ondervacht.
Kleur
Roodbruin of geelrood op de rug. Lichter op de wangen, onder de
snuit, op de borst, buik, binnenkant van de benen, achterkant van
de dijen en onder de staart. Witte aftekeningen op de voeten en een
smalle witte streep op de voorborst zijn toegestaan, evenals zwarte
haren op de lippen en op de rug.
Schofthoogte
Reu: 44 tot 50 cm. Teef: 39 tot 45 cm.
Borstomvang
Gewicht
23 tot 27 kg.
|
|
|