|
Aliasses
|
Japanse Chin Chin
|
Groep
|
Gezelschapshonden
|
FCI
|
206
|
Sectie
|
8
|
Voorouders van de Japanse Spaniel werden in 732 door Koreaanse
vorsten aan het hof van Japan geschonken. In de daarop volgende
eeuw werden een groot aantal Japanse Spaniels naar Japan gebracht.
In de negentiende eeuw werd het ras ingevoerd in de Verenigde
Staten en Engeland, waar ze ook door koningin Victoria werden
gehouden. In 1882 werden er meerdere exemplaren in New York
gepresenteerd. Tegenwoordig komt deze kleine hond overal veel
voor.
Type hond
Japanse Spaniel en Pekingees
Land van herkomst
Japan
Oorspronkelijke naam
Chin
Andere naam
Japanse Spaniel, Tchin, Japanse Chin
Karakter
De Japanse Spaniel is erg robuust, levendig, schrander, een beetje
onrustig, maar erg aan zijn baas gehecht. Hij is vrolijk,
aanhankelijk, zachtaardig en blaft maar weinig. Het is een
plezierige gezelschapshond. Hij is terughoudend tegenover vreemden,
maar niet agressief. Hij moet consequent worden opgevoed.
Verzorging
Het is een zeer zindelijke huishond. Dagelijks borstelen is
noodzakelijk. Hij kan niet goed tegen de hitte. De conditie van de
oren en de ogen moet regelmatig gecontroleerd worden.
Gebruik
Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Relatief groot, breed en plat. Brede, ronde schedel. Gemarkeerde
stop. Zeer korte en brede neusbrug. Neusspiegel ter hoogte van de
ogen.
Ogen
Groot, rond, ver uit elkaar geplaatst, zwart glanzend.
Oren
Lang, driehoekig, afhangend, bedekt met lange haren.
Lichaam
Vierkant. Vrij korte, hoog gedragen hals. Matig brede borst. Licht
gewelfde ribben. Korte en rechte rug. Brede en tamelijk ronde
croupe. Opgetrokken buiklijn.
Ledematen
Vrij kort, fijn. Kleine, langgerekte hazenvoeten.
Staart
Op de rug gedragen, overvloedig bedekt met lange haren.
Vacht
Lang, recht, zijdeachtig. Het gehele lichaam, met uitzondering van
de snuit, is overvloedig met haren bedekt. Weelderige bevedering op
oren, hals, heupen en staart.
Kleur
Wit met zwarte of rode vlekken. Bij voorkeur dienen de vlekken
vanaf de oogranden symmetrisch over de oren en het lichaam verdeeld
te zijn. Men ziet met name graag een brede witte bles van de snuit
tot de kruin.
Schofthoogte
Ongeveer 25 cm.
Borstomvang
Gewicht
2 tot 6 kg.
|
|
|