Algemeen  
Rassen beschrijvingen De aanschaf van een hond De regels bij aanschaf Op zoek naar een fokker Asiel honden Behendigheid Gehoorzaamheid
  Verzorging  
Verzorging algemeen Tanden Vacht Parasieten Ogen Oren Neus Beweging
  Gedrag  
Opvoeding van de hond Socialisatie van pups Erfelijke aanleg van gedrag Leren / conditioneren Probleem gedrag Uw hond alleen thuis Zindelijkheidstraining Trekken aan de riem Deemoedsplassen Bench training Leren apporteren
  Foto & Video
Lara 0 - 11 weken Lara 11 - 13 weken Lara 14 - 17 weken Lara Tot een half jaar Lara Tot één jaar Lara Foto shoot thuis 2007 Lara In de studio 2007 Bo als pup Lara & Bo In de studio 2008 Dogwise Boswandeling Juni 2007 Boswandeling Augustus 2007 Walk-about Vorden 2007 Walk-about Bussloo 2008 Dogwise Zomerspel 2008 Dogwise Zwembad 2008 Video Stop dogfighting Lara & Bo video
 


Cane Corso

cane-corso

Aliasses Cane Corso Italiano
Italian Corso Dog
Groep Pinschers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
FCI 343
Sectie 2.2

De Cane Corso is de directe afstammeling van de oude Romeinse Molossers. Hij kwam vroeger in heel Italië voor, nu enkel in de Pouilles en de streken die grenzen aan deze zuidelijke Italiaanse provincie. De naam "Cano Corso" stamt af van het Latijnse 'Cohors' (binnenhof van een boerderij, erf) wat beschermer, bewaker van het erf betekent. Vanaf de zestiende eeuw gebruikt men hem voor bewaking en de jacht.

Type hond
Bergtype Molosser

Land van herkomst
Italië

Oorspronkelijke naam
Cane Corso Italiano

Andere naam
Italiaanse hofhond, Cane Corso

Karakter
Rustieke, sterke, levendige en erg moedige hond. Hij is fieren evenwichtig. Hij is gehoorzaam en gehecht aan zijn baas en, toont zich verdraagzaam en speels met kinderen. Hij is wantrouwend tegenover vreemden. Hij is makkelijk te trainen.

Verzorging
Hij heeft beweging en ruimte nodig en moet wekelijks geborsteld worden.

Gebruik
Waak- en verdedigingshond. vee- en schapenhoeder. Jachthond. Gezelschapshond.
Hoofd
Breed, typisch molosserhoofd. Duidelijke stop. Stevige, vierkante snuit die korter is dan de schedel. Rechte neusrug. Zeer brede en dikke kaken.

Ogen
Van gemiddelde grootte, bijna ovaalvormig. Zo donker mogelijk, afhankelijk van de kleur van de vacht.

Oren
Driehoekig, hangend, breed aan de basis. Indien gecoupeerd ingekort tot gelijkzijdige driehoeken.

Lichaam
Iets langer dan hoog. Robuuste hals. De schoft is hoger dan de croupe. Rechte, zeer gespierde rug. Goed ontwikkelde borstkas. Korte, stevige lendenen. Lange, brede, licht schuine croupe.

Ledematen
Krachtig. Voorste voeten zijn rond en compacter dan de achterste.

Staart
Vrij hoog ingeplant, zeer dik aan de basis. Indien hij gecoupeerd wordt kort men hem in tot op de vierde staartwervel.

Vacht
Kort, zeer dicht. Dunne ondervacht

Kleur
Zwart, loodgrijs, arduingrijs, licht grijs, lichte fauve, reebruin, donker fauve, gestroomd (strepen op een wildkleurige of grijze ondergrond in allerlei schakeringen). De fauve en gestroomde dieren hebben een zwart of grijs masker. Een kleine witte aftekening op de borst, de uiteinden van de ledematen en de neusrug is toegelaten.

Schofthoogte
reuen: 64-68 cm. teven: 60-64 cm.

Borstomvang


Gewicht
reuen: 45-50 kg. teven: 40-45 kg.