|
|
|
Groep
|
Herdershonden en Veedrijvers behalve Zwitserse Sennenhonden
|
FCI
|
271
|
Sectie
|
1
|
Volgens sommigen is de Magyar Komondor uit Centraal Europa zijn
verre voorvader. Anderen denken dat hij het resultaat is van de
kruising tussen een Schotse Herder en de Polski Owczarek Nizinny,
en dat hij afkomstig is uit de Schotse Hooglanden. Hij was in de
20e eeuw bijna verdwenen en door de Old English Sheepdog vervangen.
Dankzij een Schotse fokster maakte dit ras in 1950 een comeback.
Het ras is tegenwoordig nog steeds geliefd.
Type hond
Herdershonden
Land van herkomst
Groot-Brittannië
Oorspronkelijke naam
Bearded Collie
Andere naam
Highland Collie, Beardie
Karakter
Deze evenwichtige, levendige hond is noch timide noch agressief.
Hij is zelfverzekerd, aanhankelijk en speels. Hij is zeer aan zijn
baas gehecht en hij is dol op kinderen. Hij is niet graag alleen.
Hoewel hij gauw blaft, is hij geen goede waakhond. Van zijn goede
reukvermogen wordt gebruikt gemaakt bij het zoeken naar truffels.
Een consequente maar zachte opvoeding is noodzakelijk. Met de
opvoeding moet op jonge leeftijd begonnen worden.
Verzorging
Hij kan binnenshuis leven als hij maar veel naar buiten kan en niet
alleen hoeft te blijven. Hij moet regelmatig geborsteld worden,
minstens twee keer per week, om het vormen van klitten te
voorkomen.
Gebruik
Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Breed en vlak. Krachtige snuit. Matige stop. Grote, vierkante
neusspiegel.
Ogen
Groot, ver uit elkaar, de kleur varieert, afhankelijk van kleur van
de vacht. De wenkbrauwharen vormen een boog omhoog en naar
voren.
Oren
Middelgroot, dicht tegen het hoofd hangend.
Lichaam
Lang. Diepe borstkas.Goed gewelfde ribben. Rechte rug. Krachtige
lendenen. Buiklijn vrij hoog boven de grond.
Ledematen
Benen met flinke botten. Ovale voeten. Gesloten, gewelfde tenen.
Dikke voetzolen.
Staart
Goed behaard en laag aangezet. Geen haak of krul. Omlaag gedragen
met een boogje aan het einde.
Vacht
Lang, plat, ruw, stevig en ruig. Soms golvend. Langer bij kaken en
kin, waardoor de karakteristieke baard wordt gevormd. Zachte,
dichte ondervacht.
Kleur
Leikleurig, roodachtig fauve, zwart, blauw, alle tinten grijs met
of zonder witte aftekeningen. De vacht krijgt zijn definitieve
kleur pas na drie jaar, de eerste jaren wordt de vacht meerdere
keren lichter en donkerder.
Schofthoogte
Reuen: 53-56 cm,.Teven: 51-53 cm.
Borstomvang
Gewicht
Tussen de 18 en 26 kg.
|
|
|