|
|
|
Groep
|
Herdershonden en Veedrijvers behalve Zwitserse Sennenhonden
|
FCI
|
296
|
Sectie
|
1
|
De Schotse Herder stamt van af van de oude Schotse herdershonden.
Tijdens de Romeinse invasies werden de Romeinse honden gekruist met
plaatselijke Schotse rassen. Fokkers gingen lang geleden de
herdershonden met een korte en lange staart kruisen, waaruit deze
prachtige hond met zijn aristocratische allure is voortgekomen. De
oorsprong van zijn naam is zeer omstreden. Sommigen denken dat deze
van "Colley" komt, een soort Schotse schapen met een zwart masker
en een zwarte staart, die deze hond vroeger hoedde. Volgens anderen
komt de naam van het woord "collar" (= kraag), vanwege zijn mooie
kraag. De variëteit met kort haar is veel minder bekend dan de
Schotse Herder met lang haar.
Type hond
Herdershonden
Land van herkomst
Groot-Brittannië
Oorspronkelijke naam
Collie Smooth
Andere naam
Collie, schotse Collie
Karakter
Deze levendige en actieve hond is meestal evenwichtig, maar kan
soms angstig en timide zijn. Het is een lieve en gevoelige hond,
een uitstekend gezelschapsdier. Hij is wantrouwend tegenover
onbekenden, maar niet agressief. Hij moet consequent maar zacht
opgevoed worden.
Verzorging
Hij past zich aan het leven in de stad aan, maar hij voelt zich
beter in een huis met een tuin en genoeg ruimte om te kunnen
rennen. Hij heeft regelmatig beweging nodig. Twee keer per week
borstelen is voldoende.
Gebruik
Vee- en schapenhoeder. Politiehond, blindengeleidehond.
Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Lang, wigvormig, fijn en in proportie met het lichaam. Platte
schedel. Lichte stop.
Ogen
Middelgroot, amandelvormig, schuinstaand, donkerbruin, behalve bij
de blue merles, die vaak blauwe ogen of ogen met blauwe vlekken
hebben.
Oren
Middelgroot, tamelijk ver uit elkaar, breed. Naar voren staand, en
half rechtop.
Lichaam
Middelgroot, langer dan hoog. Krachtige hals. Diepe borstkas. Goed
gewelfde ribben. Rechte rug met licht gewelfde lendenen.
Ledematen
Gespierde benen met vrij veel bot. Ovale voeten. Gewelfde, gesloten
tenen.
Staart
Lang, over het algemeen omlaag gedragen, reikend tot het
spronggewricht. Met veel haar bedekt.
Vacht
Vlak aanliggend en ruw. Dichte ondervacht.
Kleur
Drie toegelaten kleuren: sable - van licht goudkleurig tot donker
mahoniekleurig. Driekleurig - het zwart domineert, met tan vlekken
op hoofd en benen, en witte aftekeningen. Blue merle - blauwgrijs
gemarmerd of gevlekt met zwart.
Schofthoogte
Reuen: 56-61 cm.Teven: 51-56 cm.
Borstomvang
Gewicht
Reu: 20 tot 29 kg.Teef: 18 tot 25 kg.
|
|
|