|
|
|
Groep
|
Lopende honden - zweethonden en verwante rassen
|
FCI
|
25
|
Sectie
|
1.1
|
De Billy is de uiteindelijke afstammeling van de Chien Blanc du
Roy, een grote speurhond die populair was bij de koningen van
François I tot Lodewijk XIV. Het ras werd in de negentiende
eeuw in Poitou ontwikkeld door Hublot du Rivault. Hij kruiste
verschillende rassen die niet langer bestaan: de Céris, een
jachthond voor haas en wolf, de Montemboeuf, een jager op wild
zwijn, en de Larye, een hond met een scherpe neus. Hij noemde het
nieuwe ras Haut-Poitou, naar de streek waar hij was opgegroeid. De
standaard voor het ras werd in 1886 vastgesteld. De Billy is
één van de populairste meutehonden voor de jacht op
groot wild.
Type hond
Lopende honden
Land van herkomst
Frankrijk
Oorspronkelijke naam
Haut-Poitou
Andere naam
Billy
Karakter
Deze uitzonderlijke jager op groot wild is stoer en zeer snel. Hij
is uitstekend voor de jacht op hert en hij heeft een melodieuze
stem. Hij kan soms ruziën met de andere honden van de
meute.
Verzorging
De Billy kan zich niet goed aan het stadsleven aanpassen. Hij heeft
grote open ruimten nodig.
Gebruik
Jachthond.
|
|
Hoofd
Vrij smal, fijn gesneden. Licht gewelfde schedel, niet erg breed.
Duidelijke stop. Rechte neusbrug, iets gebogen. Hoekige,
middellange neusspiegel, zwart of oranjebruin. Lippen
normaal.
Ogen
Groot, donker. Zwarte of bruine ooglidranden.
Oren
Middelgroot, vrij plat, aan het einde iets gedraaid.
Lichaam
Stevig gebouwd. Vrij lange, krachtige hals met lichte keelhuid.
Zeer diepe en smalle borstkas. Vlakke ribben. Vrij brede, sterke,
iets opgebogen rug. Brede en iets gewelfde lendenen. Diepe
flanken
Ledematen
Lange, krachtige benen. Gesloten, vrij ronde voeten.
Staart
Lang en sterk, soms iets zijdeachtig.
Vacht
Dicht tegen het lichaam liggend, hard om te voelen, vaak vrij
dik.
Kleur
Geheel wit, wit met koffiebruine aftekeningen, of wit met vlekken.
Licht oranje of citroengele mantel.
Schofthoogte
Reu: 60 tot 70 cm.Teef: 58 tot 62 cm.
Borstomvang
Gewicht
Ongeveer 35 kg.
|
|
|