|
Aliasses
|
Norsk Elghund Sort Norwegian Elkhound black
|
Groep
|
Spitsen en oertypes
|
FCI
|
268
|
Sectie
|
2
|
De Noorse elandhond, afkomstig uit Noorwegen, bestond al in de tijd
van de Vikingen. Deze machtige jager valt zonder enige aarzeling
groot wild aan (hert, eland, beer, wolf). Het ras werd voor het
eerst getoond op een tentoonstelling in 1877 en erkend door de
Kennel Club in 1901. Er zijn twee variëteiten: de grijze
Noorse Elandhond en de zwarte Noorse Elandhond. De FCI erkent beide
als een apart ras
Type hond
Arctische Jachthonden
Land van herkomst
Noorwegen
Oorspronkelijke naam
Norsk Elghund Grä, Norsk Elghund Sort
Andere naam
Noorse Elandhond Grijs, Noorse Elandhond Zwart, Noorse
Elandhond
Karakter
Deze sportieve en moedige hond heeft een groot uithoudingsvermogen.
Hoewel de Noorse Elandhond nogal onafhankelijk is, is hij erg
vriendelijk en kalm. Hij is aanhankelijk en vriendelijk tegenover
zijn eigenaar en zachtaardig voor kinderen, waardoor hij een
uitstekende gezelschapshond is. Met zijn uitzonderlijke
reukvermogen kan hij een eland op enkele kilometers afstand al
ruiken. De Noorse Elandhond heeft een breed scala aan blafgeluiden
om te communiceren. Deze zeer waakzame hond is een goede waakhond.
Hij kan agressief zijn tegenover andere honden. Consequente maar
rustige opvoeding is nodig.
Verzorging
De Noorse elandhond is niet geschikt voor het leven in de stad. Hij
heeft veel ruimte nodig om te kunnen rennen en zijn energie kwijt
te raken. Hij rent bij voorkeur in het bos. Dagelijks borstelen en
kammen is nodig.
Gebruik
Vee- en schapenhoeder. Sledehond. Gebruikshond: Legerhond.
Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Breed tussen de oren. Schedel vrijwel plat. Duidelijk stop. Rechte
neusbrug. Matig lange snuit. Sterke kaken net (vast) gesloten
lippen.
Ogen
Bruin, zo donker mogelijk.
Oren
Hoog aangezet. Stevig en rechtopstaand. Puntige uiteinden.
Lichaam
Kort en compact. Sterke, gespierde hals zonder keelhuid. Brede,
diepe borstkas. Goed gewelfde ribben Buik klein beetje opgetrokken.
Brede, rechte rug. Gespierde lendenen.
Ledematen
Ovale, compacte voeten met aaneengesloten tenen. Krachtige benen
met stevige botten.
Staart
Hoog aangezet. Dik.Sterk gekruld over de rug gedragen.
Vacht
Ruw, dik, overvloedig. Kort op het hoofd en de voorkant van de
benen. Langer op de borst, hals (kraag), achterkant van de benen en
dijen. Lang op de extremiteiten. Wollige, lichtere ondervacht in
grijze tinten. Zwarte exemplaren hebben een zwarte
ondervacht.
Kleur
Grijze variteit: nuances in grijs met zwarte uiteinden aan de
langste haren; lichter op de borst, buik, benen en onder de staart.
Zwarte vari?teit: glanzend zwart. Een geringe hoeveelheid wit op de
borst, voorbenen en voeten is toegestaan.
Schofthoogte
Grijze vari?teit: Reu: ongeveer 52 cm. Teef: ongeveer 49 cm. Zwarte
vari?teit: Reu: 45 tot 50 cm. Teef: 42 tot 47 cm.
Borstomvang
Gewicht
Grijze vari?teit: ongeveer 25 kg. Zwarte vari?teit: ongeveer 20
kg.
|
|
|