|
|
|
Groep
|
Gezelschapshonden
|
FCI
|
207
|
Sectie
|
8
|
Deze van oorsprong Chinese hond is een van de oudste rassen ter
wereld. Hij is terug te vinden op bronzen beelden van meer dan 4000
jaar oud. Eeuwenlang werd hij in het keizerlijk paleis gefokt,
beschermd en vereerd. Hij werd geacht de keizer te beschermen in
het hiernamaals en werd dan ook geofferd bij diens dood. Na de
verovering van Peking en de plundering van het zomerpaleis door de
Engelsen in 1860, namen Engelse soldaten Pekingeesjes mee naar
Engeland. Zij werden geschonken aan koningin Victoria, de hertogin
van Wellington en de hertogin van Richmond die de eerste lijn van
deze "zonnehond" uit het keizerlijke China ontwikkelde. Tussen de
twee wereldoorlogen was deze hond erg in trek. Hij komt niet in
groten getale voor, maar zijn aantal is wel stabiel.
Type hond
Japanse Spaniel en Pekingees
Land van herkomst
China.
Oorspronkelijke naam
Pekingees
Andere naam
Peking Spaniel
Karakter
Hij is levendig, onafhankelijk en heeft een eigenwijs karakter. Hij
hecht zich erg aan zijn baas en is niet erg op kinderen gesteld.
Hij is terughoudend tegenover vreemden, blaft veel en is waaks. Hij
moet consequent, maar ook met kalmte worden opgevoed.
Verzorging
Hij voelt zich goed thuis in een appartement. Hij is niet erg
sportief en heeft genoeg aan korte wandelingen. Dagelijks borstelen
en kammen is noodzakelijk. De conditie van de ogen en de
huidplooien op de kop moet regelmatig gecontroleerd worden.
Gebruik
Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Stevig, breder dan hoog, plat. Brede, platte schedel.
Geprononceerde stop.Korte, brede neus. Goed aaneengesloten
lippen.
Ogen
Groot, rond, donker.
Oren
Hartvormig, tegen het hoofd aan gedragen, met lange, weelderige
bevedering.
Lichaam
Kort. Zeer korte, dikke hals. Brede borst. Goed gewelfde ribben.
Rechte rug. Gemarkeerde flank.
Ledematen
Kort, solide, stevige botten. Grote, platte, niet ronde voeten.
Voorvoeten iets naar buiten gedraaid.
Staart
Hoog aangezet, stevig gedragen, licht gebogen, links of rechts van
de rug. Lange bevedering.
Vacht
Lang, recht, met weelderige manen die een kraag om de hals vormen.
Lange en weelderige haargroei op de oren, de achterkant van de
benen, de staart en de voeten. Dichte ondervacht.
Kleur
Alle kleuren en aftekeningen zijn toegestaan en worden hetzelfde
gewaardeerd, met uitzondering van albino en leverkleurig. Bij de
meerkleurige honden zijn de vlekken gelijkmatig verdeeld.
Schofthoogte
15 tot 25 cm.
Borstomvang
Gewicht
2,5 tot 5,5 kg.
|
|
|