Dogo Argentino

Alias	Dorgo Argentino
Groep	Pinschers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
FCI	292
Sectie	2.1

De Dogo Argentino werd in Argentinië gefokt door de gebroeders Martinez in het begin van de twintigste eeuw. De vechthond van Cordoba, werd als uitgangspunt genomen. Bloed van de Mastin de Los Pyreneos, de Pyrenese Berghond, de Duitse Dog, de Bordeaux Dog, de Boxer, de Mastiff, de Engelse Bulldog, de Pointer, de Ierse Wolfshond werd ingebracht om een veelzijdige hond te verkrijgen: een hond geschikt voor de jacht, het gevecht, als waakhond etc. Een eerste standaard werd in 1928 opgesteld en door de Argentijnse kynologen-vereniging in 1965 erkend. De F.C.I. stelde in 1973 een rasstandaard op en erkende in 1975 het eerste en enige ras van Argentijnse oorsprong.

Type hond
Molosser Dogtype

Land van herkomst
Argentinië

Oorspronkelijke naam
Dogo Argentino

Andere naam
Argentijnse Dog Dogo

Karakter
De Dogo Argentino is uiterst robuust, actief, energiek, behendig en moedig. Hij is rustig, kalm, aanhankelijk, gehoorzaam houdt van gezelschap en stelt het contact met zijn baas op prijs. Hij blaft bijna nooit. De Dogo Argentino kan agressief en dominant jegens soortgenoten zijn. Wanneer hij zijn territorium bewaakt dwingt hij ontzag af. Hij heeft een consequente, maar zachte opvoeding nodig omdat het een gevoelige hond is.

Verzorging
Hij past zich aan in een appartement wanneer hij twee tot drie maal per dag wordt uitgelaten en veel kan bewegen. Hij moet zoveel mogelijk in de buitenlucht vertoeven. Hij moet wekelijks één of twee maal geborsteld worden en twee tot driemaal per jaar in bad. De streek rond de ogen moet regelmatig gereinigd worden om lelijke strepen te voorkomen.

Gebruik
Jachthond (groot wild: everzwijn, poema...). Gebruikshond: politie, leger, douane, reddingshond, blindengeleidehond. Waakhond. Gezelschapshond.

Hoofd
Molosser type, sterk, scherpe contouren, vierkant. Massieve en convexe schedel. De huidplooien op het voorhoofd zijn goed te zien. Licht holronde snuit. Krachtige kaken.

Ogen
Donker of hazelnootkleurig.

Oren
Hoog aangezet, half of geheel opgericht, driehoekig. Eventueel gecoupeerd.

Lichaam
Krachtig zonder een zware indruk te geven. Stevige, gewelfde hals. Brede borst. Ruime en diepe borstkas. Stevige rug.

Ledematen
Voorpoten zijn lang en recht. De achterpoten goed gespierd. De voeten eerder ovaal. Gewelfde tenen.

Staart
Lang en dik, afhangend.

Vacht
Kort, dicht en dik.

Kleur
Wit. Iedere gekleurde aftekening is ongewenst en kan tot diskwalificatie leiden.

Schofthoogte
Reuen: 62-68 cm. Teven: 60-65 cm.

Borstomvang

Gewicht
40-50 kg.