|
Aliasses
|
Hanoverian Scenthound
Hannoveraanse Zweethond
|
Groep
|
Lopende honden - zweethonden en verwante rassen
|
FCI
|
213
|
Sectie
|
2
|
De Hannover'scher Schweisshund, die afstamt van de grote
speurhonden uit de Middeleeuwen en daarmee van de Bloedhond, werd
in de zeventiende eeuw ontwikkeld en in de negentiende eeuw
verbeterd door kruisingen met speurhonden, waaronder de
Heidebracke. De Hannover'scher Schweisshund werd rond 1980 in
Frankrijk geïntroduceerd en is zeer zeldzaam.
Type hond
Zweethonden
Land van herkomst
Duitsland
Oorspronkelijke naam
Hannover'scher Schweisshund
Andere naam
Hannoveraanse Schweisshund, Hannoveraanse Zweethond, Leithund,
Leihond
Karakter
De Hannover'scher Schweiss-hund is stoutmoedig, krachtig en heeft
een scherpe neus. Hij is een opmerkelijke spoorvolger, vastberaden
en volhardend. Hij wordt vaak gebruikt bij de jacht op hert en wild
zwijn. Hij jaagt alleen of in paren. Hij is gehoorzaam en
aanhankelijk, en daardoor een goed gezelschap. Hij heeft een
consequente en geduldige opvoeding nodig.
Verzorging
Hij is niet geschikt voor het leven in de stad. Hij heeft ruimte en
veel beweging nodig. Het is ook nodig hem regelmatig te borstelen
en aandacht aan zijn oren te besteden.
Gebruik
Jachthond. Gezelschapshond.
|
|
Hoofd
Middelgroot en lang. Brede, iets gewelfde schedel. Duidelijke
wenkbrauwbogen. Onopvallende stop. Licht gebogen neusbrug. Stevige,
brede snuit. Krachtige kaken. Brede neusspiegel. Hangende lippen
met een vouw bij de mondhoeken.
Ogen
Donkerbruin.
Oren
Hoog aangezet, middellang, afgerond aan de uiteinden, zeer vlak
tegen hoofd liggend, niet gekruld.
Lichaam
Lang. Lange, stevige hals. Borstkas dieper dan breed. Licht
gewelfde, brede lendenen. Buiklijn licht opgetrokken. Krachtige
rug. Brede, lange croupe, naar de staart toe iets hellend.
Ledematen
Stevige, ronde, gesloten voeten met goed gewelfde tenen. Goed
gespierde, vrij korte benen.
Staart
Hoog aangezet, lang, dik aan de basis, toelopend naar het eind,
licht gebogen.
Vacht
Kort, dicht, hard op de romp. Langer en ruwer op de achterkant van
de benen en de onderkant van de staart.
Kleur
Licht tot donker roodachtig bruin, meer of minder getijgerd. Met of
zonder masker. Enkele witte haren op de borst zijn
toegestaan.
Schofthoogte
Reu: 50 tot 55 cm. Teef: 48 tot 53 cm.
Borstomvang
Gewicht
30 tot 35 kg.
|
|
|